In het Reformatorisch Dagblad van 5 juni 2013 recenseert Piet van de Wege de nieuwste orgel-cd van Minne Veldman met eigen koraalbewerkingen van Bolsward, Hasselt en Den Haag.
„Mag het ook gewoon mooi zijn?” verzuchtte Minne Veldman op de vraag of imitatie van Jan Zwart muzikale bloedarmoede is.
”Mooi” betekent voor hem tonaal, welluidend en herkenbaar. Zijn nieuwe cd met eigen koraalbewerkingen, gespeeld in Bolsward, Den Haag en Hasselt, is een perfecte demonstratie van deze opvatting.
Veldman beperkt zich met zijn fantasieën, liedbewerkingen en orgelkoralen tot de stijl van de Hollands-expressieve school van de navolgers van Zwart. Hij kiest dus voor vrije en niet voor klassieke of meer eigentijdse vormen. Het gevolg is dat door de kerken steeds bijzonder welluidende, maar veelal ook voorspelbare (de keerzijde van herkenbare) koraalbewerkingen ruisen. Als het waar is dat een goed menu altijd een samenstel is van elkaar aanvullende smaken, dan tast Veldman hier royaal in de suikerbus, getuige z’n harmonieën, melodieën en vooral z’n overvloedig gebruik van de tremulanten.
Dat neemt niet weg dat op veel momenten zijn talent en technische klasse door de clichés heenkieren. Het toccatinedeel in Psalm 27 speelt hij vaardig en trefzeker, evenals het swingende tegenmotief in ”Heilig, heilig, heilig”, al past dat niet erg bij de tekst.
Vorm en uitvoering van de bewerking van Psalm 2 zijn passend en geslaagd. Het slot van ”Daar is uit ’s werelds duist’re wolken” is ronduit virtuoos, beheerst en strak gespeeld.
Veldman weet letterlijk en figuurlijk maat te houden in zijn orgelbehandeling. ”Komt allen tezamen” doet in de galante en meer polyfone stijl aan Krebs denken. De Fantasie over Psalm 21 is eigenlijk een koraal met variaties, en daar laat Veldman behalve enkele bedenkelijke ook veel fraaie dingen horen.