Hasselt240316_01.jpg

Aanmelden nieuwsbrief

Blijf op de hoogte met de maandelijkse nieuwsbrief
Gebruiksvoorwaarden

Inhoud winkelwagen

Winkelwagen is leeg.

Recensie 2 nieuwe orgel-cd's

In De Orgelvriend (oktober 2019) recenseert Gerco Schaap de nieuwe cd met orgelliteratuur vanuit Leeuwarden.

MINNE VELDMAN
GROTE OF JACOBIJNERKERK LEEUWARDEN
ORGELLITERATUUR
STH Records CD 1419172
Speelduur 79' - prijs € 15,00

MINNE VELDMAN
EIGEN KORAALBEWERKINGEN
Breda, Leeuwarden, Gorinchem, Maassluis
STH Records CD 1419182
Speelduur 78' - prijs € 15,00

Minne Veldman (1980) viert dit jaar zijn 25-jarig organistenjubileum. Als kerkorganist was hij vanaf zijn veertiende jaar actief in de Gereformeerde Kerk (vrijgemaakt) in Hasselt; sinds 1998 is hij vaste organist van de Rehobothkerk op Urk. Zijn muzikale opleiding kreeg hij aan het conservatorium van Zwolle bij Harm Jansen en in 2001 slaagde hij voor zijn eindexamen. Hij heeft een orgellespraktijk en is dirigent van vijf koren. Daarnaast geeft hij veel orgel- en koormuziek uit. Van zijn hand verschenen een 24-delige serie koraalbewerkingen en een serie 'Eenvoudige Psalmbewerkingen'. We kennen Minne Veldman als een enthousiast promotor van het orgel en de orgelmuziek; om dat enthousiasme te delen met jong en oud organiseert hij diverse evenementen zoals het Orgelfeest, de YouTube-Orgeldag, de Orgelzomer Urk en de Zomerserie Orgelconcerten Vollenhove. Hij viert zijn zilveren organistenjubileum met een tour langs belangrijke Nederlandse orgels die uitmondt in het officiële jubileumconcert in de Kamper Bovenkerk op 19 oktober a.s.

Ook de twee bovengenoemde cd's zijn vruchten van het jubileumjaar: een cd met orgelliteratuur en een cd met koraalbewerkingen met daarop ook enkele live-registraties met samenzang. Ik beperk me tot een bespreking van de literatuur-cd, een cd met een 'doorsnee' programma dat begint bij Buxtehude en eindigt met Monnikendam. Die keuze illustreert meteen de veelzijdigheid van Minne Veldman. In zijn orgelspel op deze cd's klinkt niet alleen jeugdig enthousiasme door maar ook eigenzinnigheid. Ik heb het begin van Buxtehudes Praeludium in D tenminste nog nooit op deze manier gehoord, geregistreerd met twee verschillende combinaties 8- en 2-voets registers, Vox Humana (eerst solo, daarna 'opgeregistreerd' tot het zogenoemde 'Hollands trio'). Pas na de fugatische opzet krijgen we het stevige plenum met Bazuin 16 voet. Zo zal Veldman het niet op het conservatorium hebben geleerd maar deze aanpak dwingt wel tot luisteren. Alleen valt de solo-Vox een beetje in het niet bij de sterke pedaalklank; na het bijregistreren wordt de balans beter.

In Bachs Passacaglia horen we veel verschillende - soms ongebruikelijke -  registercombinaties, alsof de organist de variaties gebruikt om de verschillende kleuren van het Müller-orgel te demonstreren. Het tempo fluctueert nogal, van rustig (begin) tot 'presto' aan het eind van de variatiereeks. Ook de fuga wordt in een stevig tempo neergezet, uitmondend in het volle orgel. Kennelijk is dit zoals Veldman de Passacaglia ziet.

Na een veerkrachtig gespeelde fantasie over 'Freu dich sehr, o meine Seele' van Johann Ludwig Krebs volgt het 'Con moto maestoso' uit Mendelssohns Sonate III. 'Maestoso' betekent 'statig', 'con moto' staat voor 'met beweging'. Het is vooral die laatste aanduiding waarom Veldman in zijn uitvoering sterk het accent legt; de statigheid komt hierdoor wat in het gedrang, zeker naar het eind van het fugadeel waar de akkoorden steeds sneller over elkaar heen buitelen. Het afsluitende 'Andante tranquillo' van de sonate, geregistreerd met (snelle) tremulant, vormt dan inderdaad een vredige tegenhanger.

Het grillige karakter van Regers Toccata uit Opus 59 komt goed uit de verf; hulde aan de registranten Cees Jan de Hon en Samuël Strijbis die als 'levende rolzwellers' de grote dynamische contrasten weten te realiseren. Ook de Fuga is een spannend gebeuren.

Daarna is het tijd voor contemplatie; Veldman neemt gelukkig de tijd voor Saint-Saëns derde Fantaisie en speelt hem zonder coupures. Verrassend is het slot van de levendige doorwerking: in plaats van te eindigen met 'vol orgel', neemt hij al vóór het eind 'gas terug' waardoor de overgang naar het beschouwende slotdeel minder abrubt is.

Joseph Bonnet (1884-1944) schreef zijn Opus 1 toen hij 22 was. Het zijn concertvariaties met een cadens voor pedaalsolo waarin zelfs vierstemmige akkoorden voorkomen. Piet van Egmond speelde het op zijn examen in het bijzijn van de componist, die in de jury zat, en daarna nog vele malen op zijn concerten. Ook Paul Houdijk nam het stuk op zijn laatste cd op. Het Müller-orgel in Leeuwarden heeft een royale manuaalomvang (C-g3) maar het pedaal loopt maar tot d1. Minne Veldman moet daarom in de pedaalsolo op zeker moment 'een octaaf terug' waardoor die solo een wat 'brommerig gebeuren' wordt. Was het niet beter geweest een nader stuk te kiezen?

Na een wat slepend gespeeld Intermezzo XIX van Hendrik Andriessen besluit Veldman met een werk dat hij blijkens het cd-booklet ook op zijn eerste concert in 2001 in de Bovenkerk te Kampen speelde: de tweede Toccata van Marius Monnikendam; hij leerde die - zoals velen van ons - kennen door een opname van Feike Asma uit de 'Philips-doos' waarop hij achttien beroemde orgels bespeelt. Mooi puntig gespeeld en goed in de klank gezet.

De opname klinkt uitstekend en het cd-booklet bevat toelichtingen, een beknopt cv, informatie over het orgel en een overzicht van eerder verschenen cd's. Al met al een mooie jubileum-cd voor de liefhebbers.